Anali Bermudez wil blijven ondernemen: “Ik weet dat ik de wereld alleen aankan, maar dat is niet altijd goed”

| Dit artikel past in een opdracht voor studenten uit het eerste jaar met als onderwerp in dialoog.

Anali Bermudez in Divers Antwerpen. Foto: Antoon Van Lommel

 

“Ondernemen is moeilijk. Je moet keihard werken en je hebt geen maandelijks budget.” Toch is ondernemen al meer dan vijf jaar de passie van Anali Bermudez (34). Toen ze vijf jaar was, verhuisde ze van Peru naar Antwerpen. Daar startte ze een Creative Hub en First Manufactura Agency, een bedrijf dat ecologische en genderneutrale kleding levert aan winkels. Ze heeft haar handen vol en geen diploma op zak, maar ze is ‘te koppig om te stoppen’.

Haar ondernemingszin heeft Anali Bermudez van haar vader gekregen. “Hij ziet in alles een onderneming en staat onmiddellijk klaar om een project volledig uit te werken. Uiteindelijk werkt hij nooit iets uit”, vertelt ze. Haar moeder zou volgens Bermudez een veel betere ondernemer geweest zijn. “Ze weegt alles veel meer af, iets wat ik ook doe.”

Ze voegt lachend toe dat ze daardoor nooit last heeft van stress. “Voor mij is stress geen gevoel van paniek of zwakte. Het zorgt voor een drang naar organisatie”, vertelt de Antwerpse. “Ik wil altijd voortdoen.”

“Ik zal nooit zeggen dat mijn man en ik voor altijd samen zullen zijn”

Alleen in mijn bubbel

Tijdens haar jeugd voelde Bermudez zich heel alleen. In de lagere school zat ze op internaat in Schoten. Daar viel ze op tussen ‘de rijke luisjes’. “Achter de school was er een grote speelweide waar de jongens met autobanden speelden. Op een bepaald moment rolde één van de banden tegen me aan. Ik viel met mijn neus recht op de grond. De zuster die op ons moest letten, heeft me nooit naar de dokter gestuurd of iets van het ongeval verteld aan mijn mama.” Toen ze 21 jaar was, bleek dat haar neus op drie plaatsen gebroken geweest was. In het middelbaar spijbelde ze regelmatig. “Niet dat ik stoute dingen deed, maar ik zat graag alleen in mijn bubbel”, vertelt ze ons.

“Daarna heb ik lange tijd geprobeerd om erbij te horen”, zegt ze. Bermudez leerde haar kinderen in het begin enkel Nederlands, zodat ze niet zouden opvallen. Dat bleef niet duren: “Na een tijd merk je dat het onmogelijk is om ‘niet op te vallen’. Toen heb ik een fase doorgemaakt waarin ik het gevoel had dat ik nergens bij hoorde. Ik ben geen Peruaan, maar ook geen Belg en dat is oké. Ik ben een mens op de wereld zoals iedereen”, vertelt ze. De laatste twee jaar is dat gevoel weer veranderd. “Ik heb wel degelijk een cultuur. Mijn kinderen kunnen op dit moment Spaans begrijpen en zelf verdiep ik me in de geschiedenis van Peru.”

Ik ben te koppig om te stoppen met ondernemen

Buikgevoel

Na het vijfde middelbaar kwam haar leven in een versnelling. Ze stopte met school en begon te werken. Ze leerde in die periode haar echtgenoot kennen en op haar twintigste verwelkomde ze haar eerste kind. “Ik heb altijd gezegd dat ik nooit mama wilde zijn op jonge leeftijd. Ik ben het wel geworden omdat mijn buikgevoel klopte. Ik kies nooit voor een uitgestippelde weg”, vertelt ze.

“ Je zal me bovendien nooit horen zeggen dat mijn man en ik voor altijd samen zullen zijn. Elke dag in een relatie is werken. Hij is wel de juiste persoon met wie ik mijn kinderen wil grootbrengen”, vertelt ze. Voor haar vertrekt dit vanuit een nood aan zelfstandigheid. “Een partner is een plus, maar geen must. Ik weet dat ik de wereld alleen aankan, maar dat is niet altijd goed.” Een uitspraak die bij haar omgeving vaak voor kritiek zorgt, aldus Bermudez.

Volgens haar broers kan ze niet goed tegen kritiek, maar zelf kijkt ze daar anders tegenaan: ‘’Ik hou ervan om in gesprek te gaan met mensen die het niet eens zijn met wat ik denk. Het zijn namelijk die visies van anderen die mij wijzen op de struikelblokken die ik zelf niet zie. Kritiek maakt je beter.”

Koppigheid

“Ondernemen is moeilijk. Je hebt geen maandelijks budget en je moet keihard werken,” zegt ze, ”In al die projecten ligt mijn hart. Ik ben bovendien te koppig om te stoppen.” Mocht ze gedwongen worden om haar projecten te stoppen, dan zou de Antwerpse terug naar school gaan. “Niet dat ik het gevoel heb dat ik kennis mis, maar ik voel wel dat ik kansen mis omdat ik geen diploma heb. Dat vind ik spijtig.”