‘Ik ga wat later thuis zijn.’ De weg die Tim Pieters (32) aflegde duurde langer dan verwacht. “Ik volgde een opleiding om vliegtuigmecanicien te worden bij het leger. De les duurde langer dan gepland. In de auto op weg naar huis wou ik mijn vriendin laten weten dat ik onderweg was. Zo hoefde ze niet ongerust te zijn. Ik stuurde haar een bericht, daardoor verloor ik de controle over het stuur. Mijn auto raakte van de baan en knalde tegen een boom. Zes weken later werd ik wakker in het ziekenhuis van Hasselt. Ik had vier weken in coma gelegen. Daarna lag ik nog twee weken in een kunstmatige coma.” Zijn ribben en dijbeen waren gebroken, hij had twee klaplongen en zijn gordel had een afdruk op zijn lichaam achtergelaten.
Twee dagen na het ongeval kreeg hij een hersenbloeding. Een deel van zijn schedel werd verwijderd om de druk op de hersenen te verminderen. “Door de hersenbloeding is de linkerzijde van mijn lichaam verlamd. Na het ongeval werkten enkele motorische functies niet meer. Ik moest alles opnieuw leren, van stappen tot mezelf wassen. De eerste keer dat ik een washandje kreeg na het ongeval, wist ik niet wat ik ermee moest doen. De kinesist moest het me stap voor stap uitleggen,” vertelt Pieters. Zijn kortetermijngeheugen werkte niet goed meer, maar van vroeger wist hij alles nog. Bijna twaalf jaar na het ongeval gaat hij nog steeds drie keer per week naar de kinesist. Pieters is geen vliegtuigmecanicien geworden. “Ik kan maar een hand gebruiken, zo kun je niet aan een vliegtuig werken. Ik heb mijn toekomst om in het leger te werken weggegooid.”
De smartphone is niet weg te denken uit onze maatschappij. Hij is alomtegenwoordig, ook in het verkeer. Gsm-gebruik tijdens het rijden is een fenomeen van de laatste jaren dat is uitgegroeid tot een van de grootste oorzaken van verkeersongevallen. Meer dan acht op de tien Vlaamse automobilisten is bezorgd over het eigen gebruik van de smartphone in de wagen. Toch vinden ze het moeilijk om hem aan de kant de leggen. Dat blijkt uit onderzoek van de VSV (Vlaamse Stichting Verkeerskunde). Met de Beloofd!-campagne wil de stichting ervoor zorgen dat bestuurders hun gsm in automodus zetten. In de campagne stellen ze vier manieren voor om de smartphone niet te gebruiken in de wagen: hem op stil zetten, hem buiten handbereik leggen, hem op niet storen zetten en alleen handsfree bellen met behulp van een carkit. Het is een goed begin, maar campagnes alleen werken niet. “Sensibilisering is belangrijk, maar uit ervaring weten we dat het gekoppeld moet zijn aan handhaving voor een goed resultaat,” stelt Stef Willems van verkeersinstituut VIAS.
Groeiend probleem
Mensen gebruiken hun smartphone voortdurend. Ze vinden het ongemakkelijk om onbereikbaar te zijn, ook in de wagen. Het is een groeiend probleem,” zegt Werner De Dobbeleer van de VSV. Uit onderzoek van de stichting blijkt dat meer dan zeven op de tien bestuurders hun gsm wel eens gebruikt tijdens het rijden. Positief eraan is dat bijna negen op de tien Vlaamse automobilisten hun eigen smartphonegebruik tijdens het rijden een probleem vindt, een derde geeft zelf toe dat hun smartphonegebruik hen al tot gevaarlijke situaties leidde. Het zijn verontrustende cijfers. “Afleiding achter het stuur door gsm-gebruik wordt een groter probleem dan rijden onder invloed, een overtreding die verantwoordelijk is voor een vierde van alle verkeersdoden. De grootste factoren van verkeersdoden zijn rijden met een te hoge of onaangepaste snelheid, rijden onder invloed, de gordel niet of verkeerd dragen en afleiding achter het stuur. We hebben geen specifieke politiestatistieken over afleiding achter het stuur, maar we nemen aan dat het in de grootorde van verkeersongevallen zit,” stelt De Dobbeleer.
Afleiding achter het stuur door gsm-gebruik wordt een groter probleem dan rijden onder invloed, een overtreding die verantwoordelijk is voor een vierde van alle verkeersdodenWerner De Dobbeleer
Het duurt gemiddeld vijf seconden om een bericht te versturen. Dat zijn vijf seconden minder om naar verkeersborden te kijken en om andere weggebruikers op te merken. “Daar begint het risico al,” laat De Dobbeleer weten, “bestuurders die hun gsm gebruiken, rijden een zekere afstand blindelings. Het is een moment dat ze hun wagen niet onder controle hebben. Ze zien niet wat er zich tientallen meters verderop afspeelt.” Als je met een snelheid van 50 kilometer per uur rijdt, leg je op vijf seconden gemiddeld 70 meter af. Met een snelheid van 120 kilometer per uur, ben je op vijf seconden gemiddeld 165 meter verder.
Handsfree
Een carkit maakt het bestuurders makkelijk om te telefoneren in de auto. Maar handsfree bellen houdt risico’s in. “Je bent gefocust op het telefoongesprek, niet op het verkeer. Dat is een natuurlijke reactie van de mens,” merkt De Dobbeleer op. Verkeersinstituut VIAS voerde in 2016 een experimenteel onderzoek uit. Proefpersonen legden een traject van tien kilometer op de snelweg af en hetzelfde traject terug. Ze kregen een eyetracking bril op zodat de onderzoekers hun kijkrichting konden volgen. Tijdens een van de trajecten, kregen de automobilisten een telefoontje. “Telefonerende bestuurders keken veel minder naar de verkeersborden, naar andere weggebruikers en in hun spiegels. Ze blijven langer op het middenvak rijden. Een aantal proefpersonen miste de afrit. Zelfs tijdens een handsfree telefoongesprek, wat volgens de wet mag, is er minder concentratie,” verklaart Willems.
Volgens het verkeersreglement mag de gsm gebruikt worden als de wagen geparkeerd is of stilstaat. Met het laatste wordt bedoeld ‘niet langer dan nodig’ stiltaan om iemand in of uit te laten stappen of een voertuig te laden of te lossen. De telefoon mag niet gebruikt worden door bestuurders die voor een verkeerslicht, voor een gesloten overweg of in de file staan. Toch lijken die momenten geschikt om snel even een berichtje of mail te beantwoorden. “Dat lijkt niet gevaarlijk, maar het gebeurt vaak dat het licht weer op groen springt of de slagboom van de overweg opengaat en dat de automobilist het niet opmerkt. De bestuurder achter hem verwacht dat de wagen zal vertrekken en veroorzaakt een botsing. Of hij wordt ongeduldig en duwt de toeter in. De doorstroming wordt belemmerd,” legt Willems uit.
Beloofd!
Bestuurders weten dat ze hun gsm niet mogen gebruiken. Toch kunnen ze het niet laten. Met de Beloofd!-campagne geeft de VSV vier manieren om de telefoon in automodus te zetten. De eerste methode is om de gsm buiten handbereik te leggen. Als de gsm in het handschoenkastje ligt of in de handtas zit, is de verleiding om te checken of er een bericht binnenkomt kleiner. De tweede manier is om de gsm op ‘niet storen’ te zetten. Zo worden meldingen tegengehouden, maar de navigatie- en muziekfunctie worden niet verstoord. Met de smartphone op stil wordt de bestuurder niet afgeleid door meldingen. Tot slot zorgt de carkit ervoor dat de nodige telefoongesprekken gevoerd kunnen worden met de handen op het stuur. Met posters van bekende gezichten die achter de boodschap staan, wil de VSV bestuurders helpen om de daad bij het woord te voegen.
Uit het onderzoek voorafgaand aan de campagne blijkt dat zeven op de tien de smartphone minder wil gebruiken. De motovatie van 80 procent van die groep is de wens om veiliger gedrag te vertonen. Ook het vermijden van boetes speelt voor 69 procent een belangrijke rol in de breidwilligheid. Net als Danira Boukhriss Terkessidis is meer dan de helft bereid de gsm buiten handbereik te leggen. Meer dan een derde wil, net als Staf Coppens, de gsm op ‘niet storen’ zetten. Axel Daeseleire zet voortaan zijn gsm op stil, een methode die de helft van de Vlaamse bestuurders wil toepassen. De carkit, die ook Tine Embrechts gebruikt, is voor zeven op de tien automobilisten de gepaste automodus.
Scherpstellen
Sensibilisering is belangrijk, vindt Pieters: “De posters van de Beloofd!- campagne waren me al opgevallen. Bestuurders moeten weten dat ze hun gsm niet mogen gebruiken, dat is belangrijk. Zelf probeer ik mensen bewust te maken van de gevaren. Ik doe vrijwilligerswerk op de lokale school, daar lees ik samen met de kinderen. Ik krijg er vaak de vraag wat ik met mijn arm heb gedaan. Dan antwoord ik heel eerlijk dat ik een bericht aan het sturen was terwijl ik met de auto reed. Ik hoop dat ze aan me denken als ze zelf een rijbewijs hebben en hun gsm dan aan de kant leggen.”
Mijn moeder had het moeilijk na het ongeval. Ze zegt dat er een Tim is van voor het ongeval en een Tim van ernaTim Pieters
Pieters’ leven veranderde in luttele seconden. Ook zijn familie voelde de impact. “Mijn moeder had het moeilijk na het ongeval. Ze zegt dat er een Tim is van voor het ongeval en een Tim van erna. Mijn karakter is veranderd. Vroeger deed ik verschillende zaken tegelijk en aan een snel tempo. Nu doe ik alles veel rustiger aan. Wat ik vandaag niet doe, zal ik morgen wel doen,” getuigt hij. Ook zijn concentratievermogen is verminderd. In een ruimte met veel lawaai, kan hij zich niet focussen. Een planning maken gaat moeilijk. Pieters moet een structuur volgen, met last minute veranderingen heeft hij moeite. Zijn vrienden van voor het ongeluk ziet hij amper.
Nu haalt hij geluk uit kleine dingen: hij doet vrijwilligerswerk in de lokale school en in de Wereldwinkel. Hij heeft leren zwemmen bij DIWI, een zwemclub voor mensen met een motorische beperking. In 2017 haalde hij zilver op de 100 meter zwemmen op de Para Swimming in Charleroi. “Na het ongeval vroeg mijn moeder of ik niet kwaad was op mezelf, omdat ik door te sms’en achter het stuur mijn leven had omgegooid. Maar toen was het al te laat, in een hoekje zitten huilen heeft geen zin. Ik probeer alles positief te bekijken.”
Rijles
Marcel Vermeulen (57) geeft al 25 jaar rijles. Hij heeft smartphonegebruik achter het stuur door de jaren heen zien toenemen. Over het gevaar ervan kan hij meespreken. “Enkele jaren geleden reed ik met mijn gezin in de wagen op de snelweg. Mijn vrouw zat in de passagiersstoel. Ze zocht iets op haar tablet, maar kon het niet vinden. Ik hielp haar en begon te zwalpen. Een politiewagen kreeg het in de gaten, ik moest even aan de kant gaan staan. We reden verder, ik was weer alert. Dat kwam goed uit want in dezelfde rit kon ik net een kettingbotsing vermijden. We zagen opeens een auto op zijn kop liggen in de berm. Twee andere auto’s die voor me reden, klapten bovenop elkaar. Ik ben er met mijn auto tussendoor kunnen schieten. Het ging snel, het glas vloog over de motorkap. Achter ons ontstond een kettingbotsing. Als de politie me niet scherp had gesteld, zat ik er middenin.”
Volgens hem zijn campagnes een goed begin, maar is er meer nodig. “Mensen worden pas wakker geschud als ze met de gevolgen van een ongeluk geconfronteerd worden. Zo sprak ik met een man die me vertelde over een verkeersongeval dat hij had meegemaakt. De ernst van het ongeval drong pas tot me door toen hij zijn broekspijp oprolde en zijn prothese liet zien. Dat hakte er diep in.” Door de schrik die Vermeulen had opgelopen door de kettingbotsing, wijst hij zijn leerlingen op de gevaren van gsm-gebruik tijdens het rijden. Zijn dochter en collega-rijinstructeur gaat nog een stap verder: “Ze onderwerpt haar leerlingen aan een test: ze vraagt hen een bericht te sturen, zij let op de weg. Als het bericht is verstuurd, zien de leerlingen de afstand die ze hebben afgelegd zonder naar de weg te kijken,” aldus haar vader.
Pakkans
Dat het bestrijden van gsm-gebruik achter het stuur moeilijk is, bevestigt Willems: “Het is een menselijke reactie om op het geluid van een melding te reageren. Het is een relatief nieuw fenomeen, we kunnen er nog niet mee omgaan. Daarnaast wordt het verkeer steeds drukker. We hebben al ons concentratievermogen nodig om te zien wat er gebeurt op de weg, elke afleiding kan voor een ongeval zorgen.” Of campagnes en sensibilisering voor een verandering zullen zorgen, weet Willems niet. “Het is een goed begin. Maar uit ervaring weten we dat het beste resultaat bereikt wordt als campagnes gekoppeld worden aan handhaving. De BOB-campagne is een goed voorbeeld: de feestdagen komen eraan, bestuurders weten dat de politie controles zal uitvoeren. Elk jaar rijden er minder mensen onder invloed, door die controles.” Het effect dat een campagne teweegbrengt, is moeilijk te meten. Na een campagne wordt er een postmeting gedaan. Zeven op de tien Vlaamse autobestuurders heeft de Beloofd!-campagne om de gsm in automodus te zetten gezien en beweert zijn gedrag aangepast te hebben. “Er wordt gepeild naar intenties van mensen, niet naar de effectieve gedragsveranderingen,” nuanceert Willems.
Het verkeer wordt steeds drukker. We hebben al ons concentratievermogen nodig om te zien wat er gebeurt op de weg, elke afleiding kan voor een ongeval zorgenStef Willems
Smartphonegebruik door bestuurders kan op dit moment enkel manueel vastgesteld worden. Er is geen camera die de overtreding kan vastleggen. “Dat is iets waar we in de toekomst naartoe moeten werken,” vindt Willems, “de procedure is er nog niet. Met een camera bestaat er geen twijfel over inbreuk. Er zullen meer mensen beboet worden en het gedrag zal afnemen. Bestuurders weten dat ze gecontroleerd kunnen worden.” In Nederland zijn er eerder dit jaar proeven gedaan met flitscamera’s om gsm-gebruik achter het stuur vast te stellen. Nu worden ze nog niet gebruikt omdat de juridische aanpak nog vragen oproept. Wanneer een bestuurder geflitst wordt, gaat de afbeelding naar een agent. Deze kijkt na of de flitser terecht is afgegaan. Aan de houder van de nummerplaat wordt gevraagd wie de bestuurder was, zodat de boete naar de bestuurder gestuurd kan worden.
In België bedraagt een boete voor deze overtreding 116 euro en wordt ze geklasseerd onder ‘overtreding van de tweede graad’. De discussie of de boete verhoogd moet worden naar de vierde graad, woedt al tijdje. Het bedrag kan dan oplopen van 320 tot 4000 euro en de bestuurder moet voor de rechtbank verschijnen. “De vraag is of het gsm-gebruik altijd even gevaarlijk is. Als je op je smartphone kijkt voor een gesloten overweg waar de trein vier minuten op zich laat wachten, is het niet even gevaarlijk als wanneer je hem gebruikt in de buurt van een school in de bebouwde kom,” merkt Willems op. Volgens hem is de enige manier om gsm-gebruik in het verkeer tegen te gaan de pakkans verhogen. In Nederland bedraagt de boete voor smartphonegebruik achter het stuur 230 euro. De gsm mag er gebruikt worden in een stilstaande auto, dus ook in de file of voor een stoplicht. In Duitsland kan het bedrag van de boete oplopen tot 250 euro. Bovendien komt er nog een strafpunt bij. Het land werkt met een puntenrijbewijs om verkeersovertredingen bij te houden. Ook de strafpunten voor verkeersovertredingen door buitenlandse bestuurders worden er geregistreerd. Acht strafpunten is genoeg om het rijbewijs te verliezen. Een strafpunt verjaart na twee jaar. In Italië kost de overtreding 117 euro. Als een bestuurder voor de tweede keer betrapt wordt met de gsm, kan hij zijn rijbewijs tijdelijk ingetrokken worden. Het land zet undercover-agenten in om te jagen op bestuurders die hun telefoon gebruiken om de pakkans te verhogen.