Woonzorgcentrum Ter Deeve in Meulebeke heeft een hele week de senioren in de bloemetjes gezet. Het thema van de seniorenweek van dit jaar was rock-‘n-roll.
“We organiseren een hele week lang verschillende activiteiten voor de bewoners van ons woonzorgcentrum Ter Deeve en alle andere burgers van Meulebeke”, zegt centrumleidster Griet Verstrynge (42). “Met onze seniorenweek willen we onze bewoners eens extra verwennen”, vult uittredend OCMW-voorzitter en schepen voor Senioren Luc Vullers (64, CD&V) aan. “Maar tegelijk willen we ook de mensen die in de toekomst onze hulp kunnen gebruiken leren kennen om zo de kloof te verkleinen.”
Goed gevuld programma
Tijdens de seniorenweek stonden heel wat activiteiten op het progamma. Op maandag was er een optreden van het personeel van Ter Deeve gevolgd door een pannenkoekenslag. Woensdag stond dan weer in het teken van de bewoners en hun kleinkinderen. “Omdat het thema rock-‘n-roll was, hebben we een dansleraar laten komen om de bewoners en hun kleinkinderen enkele danspassen aan te leren”, zegt Verstrynge.
Het hoogtepunt van de week was de feestmaaltijd en het optreden op vrijdag. “Eerst was er een wildpaté en dan kalkoenfilet met gratin dauphinois en groeten”, vertellen Noël (85) en zijn vrouw Anny (81). “Straks tijdens de pauze van het optreden krijgen we nog een stuk taart met koffie. Tot nu was alles dik in orde.”
10 Cats Down – Foto: Sybren Bruneel
Klassiekers uit de jaren 50
Hoe krijg je senioren op de dansvloer? Met muziek uit hun jeugd, moeten ze gedacht hebben bij Ter Deeve. De coverband 10 Cats Down bracht enkele van de grootste klassiekers uit de jaren 50. Van “Blue Suede Shoes” tot “Johnny B. Goode”, allemaal passeerden ze de revue.
Wat brengt de toekomst?
“Meer dan dertig jaar geleden werd de eerste seniorenweek georganiseerd en volgend jaar willen we onze formule graag updaten”, zegt Verstrynge. “Dit was mijn zeventiende editie en ik ben ervan overtuigd dat ook tijdens de nieuwe politieke legislatuur de seniorenweek zal bijven doorgaan”, voegt Vuller eraan toe. “Maar onder welke vorm dat zal zijn, dat laat ik aan de organisatie over”, concludeert hij.
De auteur
