Onvruchtbaarheidsbehandeling steeds effectiever
Het aantal zwangerschappen na een behandeling voor onvruchtbaarheid blijft stijgen in Vlaanderen. Dat blijkt uit het jaarrapport van het Studiecentrum Perinatale Epidemiologie. Het aantal meerlingen na zo’n behandeling is dan weer gedaald. Daarnaast blijft ook de leeftijd waarop Vlaamse vrouwen hun eerste kind krijgen stijgen
Het aantal zwangerschappen dat tot stand kwam na een behandeling voor onvruchtbaarheid, is het afgelopen jaar weer gestegen. Waar in 2018 nog 7,2 procent van de zwangerschappen in Vlaanderen optraden na zo’n behandeling, is dat nu 7,7 procent. Het aantal meerlingen na zo’n behandeling is dan weer gedaald. In 2019 waren er 1,58 pct tweelingen en 0,02 pct drielingen, ten opzichte van 1,80 pct en 0,03 pct in 2000 respectievelijk. Die daling is te danken aan de betere regulering door de sector van het aantal teruggeplaatste embryo’s.
Ook wat betreft de leeftijd waarop Vlaamse moeders hun eerste kind krijgen zet de stijgende trend zich voort. Waar in 2018 de gemiddelde leeftijd nog 29,1 jaar was, is die nu gestegen naar 29,3. Ter vergelijking: In 1987 was de gemiddelde leeftijd waarop de gemiddelde Vlaamse moeder haar eerste kind kreeg nog 25,7 jaar. Meer dan de helft van de moeders die voor het eerst bevallen, zijn 30 jaar of ouder. Ook het aantal 40-plussers blijft stijgen, het aantal tienermoeders daalt dan weer verder.
In 2019 waren er 688 geboortes en 671 bevallingen in Vlaanderen minder dan een jaar eerder. Dat is een daling van 1,1 procent ten opzichte van 2018.
Bron: