Tussen 2006 en 2017 is de prijs van elektriciteit in België met 94,1% gestegen, van 0,1442 euro/kWh tot 0,2799 euro/kWh. De meeste landen in Europa zien in die periode hun elektriciteitsprijzen omhoog gaan. De verschillen zijn echter groot, in Nederland daalde de elektriciteitsprijs zelfs, met 25,2%. Dat blijkt uit een analyse van data van Eurostat.
België staat in de top drie van de grootste stijgers in elektriciteitsprijzen. Enkel Spanje en Griekenland deden ‘beter’. Respectievelijk stegen hun prijzen met 100,2% en 176,2% tussen 2006 en 2017. Griekse stroom is daarom niet duurder dan Belgische stroom. Per kWh betaalde de gemiddelde Griekse verbruiker €0,1936 in 2017, de Belgische verbruiker: €0,2799. België stond in 2017, op vlak van prijs per kWh, ook op de derde plaats. De Deense consument betaalde toen €0,3049/kWh op de voet gevolgd door de Duitse consument die €0,3048/kWh betaalde.
Zoals te zien valt op de grafiek, is er een grote variëteit in prijzen op de elektriciteitsmarkt in Europa. Het is ook duidelijk dat die prijzen onderhevig zijn aan sterke evoluties. Enkel in Italië, Noorwegen, Luxemburg, Slovakije en Hongarije bleef het verschil in prijzen tussen 2006 en 2017 onder de 10%. Griekenland was in 2006 het op één na goedkoopste land voor elektriciteit. Elf jaar later staat het land in de top tien van elektriciteitsprijzen in Europa.
Verschillende landen, waaronder Servië, Albanië en Oekraïne zijn niet opgenomen in de gebruikte data-analyse. Voor die landen is er geen data beschikbaar die teruggaat tot 2006. De gebruikte data bevatten elektriciteitsprijzen die de gemiddelde gebruiker van een gemiddeld huishouden (medium size household) betaalde in de jaren 2006 en 2017.