Eet gewoon(ten): “Een eetstoornis is veel meer dan dat”

| Dit artikel past in een opdracht voor studenten uit het eerste jaar met als onderwerp creatieve en ondernemende professional.

door Marthe De Herdt m.b.v. Piktochart

 

In België ontwikkelt 3,5% van de bevolking een eetstoornis. Steeds vaker worstelen jonge mensen met de controle over hun eetgewoonten. Cijfers van De Vlaamse Vereniging van Klinische Psychologen tonen aan dat het vooral volwassenen ouder dan 15 jaar zijn.  Het merendeel van de patiënten is vrouw. Ook mensen met een angststoornis of depressieve stoornis lopen meer risico. Dat zijn beiden grote triggers voor de ontwikkeling van een eetstoornis. 

De leeftijdsgroep tussen 15 en 24 jaar toont het vaakst signalen van slechte eetgewoonten. Die jongeren spiegelen zich aan “ideaalbeelden” van lichamen en hebben er veel voor over om te kunnen vermageren, zegt infobank voor eetstoornissen Eetexpert. Zo ontstaan er ongezonde methodes om gewicht te verliezen zoals extreem diëten of laxeermiddelen gebruiken. 

Een groot deel van de mensen met een eetstoornis wordt effectief opgenomen, maar na die opname wordt de druk zeker niet minder zwaar. Bij anorexia hervalt 20%, bij boulimia is dat 26%. Patiënten ervaren na een opname dus opnieuw dieptepunten op de weg naar herstel. Ze gaan naar huis en krijgen zelf weer de controle over hun eetgewoonten, zonder de bescherming en hulp die ze tijdens de opname wel kregen. Daardoor vallen sommigen in een zwart gat en nemen ze weer oude gewoonten op. Hoe ervaren patiënten dat zwarte gat na een opname voor een eetstoornis?


Beginnen bij het begin: wat is een eetstoornis?

Credits: Marthe De Herdt en Eefje Geleyn

Herstellen van anorexia en boulimia

Nina Van Lint

Student Nina Van Lint (19) is volledig hersteld van anorexia nervosa. Ze is acht maanden in opname geweest. 

De eerste dagen van haar opname heeft ze doorgebracht in Lier, waarna ze overgebracht is naar Leuven. Daar lag de focus op het fysieke gedeelte van herstellen. Omdat ze in Leuven geen psychologische hulp kreeg, ging het tijdens die periode nog slechter. Het contact met andere patiënten verslechterde haar eetpatroon. “Het was een strijd om in leven te blijven,” zegt Nina.

Enkele maanden later schakelde ze over naar een eetstoorniskliniek in Antwerpen. Daar bleef ze nog vijf maanden in therapie. Hoe beter haar fysieke en mentale gezondheid, hoe vaker ze naar huis mocht.

Ilana Vantricht

Student Ilana Vantricht (22) herstelt van boulimia. In 2020 is ze vier maanden opgenomen geweest in het UZ Gent.

Haar opname was intens en vermoeiend. De artsen focusten vooral op eetpatronen en hoe ze deze weer structuur konden geven. Het was belangrijk om het lichaam opnieuw energie te geven, voordat ze met mentale therapie begonnen. 

“Een herstel gaat altijd met ups en downs,” vertelt Ilana. Na haar opname ging het nooit meer zo slecht als in het begin, maar toch was er even een periode waarin ze deels is hervallen. Ze was toen ook gestopt met haar medicijnen en ging niet meer naar therapie. De steun van haar vriendinnen stimuleerden haar toch om verder te gaan met herstellen.

Je komt ineens uit die veilige omgeving en dan moet je terug in de maatschappij komen. Dat is heel raar. -Nina Van Lint

Voor mij was het wel goed dat ik nog eens naar school mocht gaan en dat ik precies terug een leven had. -Ilana Vantricht

Ze vertelt over de drempel die ze over moest om opnieuw in de maatschappij te stappen na haar opname.

Ze vertelt hoe belangrijk het is om een goed vangnet van familie en vrienden te hebben na een opname. 

Het vertrouwen thuis weer herstellen was ook een werk van lange adem. Ze worstelde na anorexia nervosa ook nog met een depressie en een eetbuistoornis. Vier jaar na de opname kan Nina vandaag toch zeggen dat ze de eetstoornis overwonnen heeft.

Ondanks de goede moed en motivatie na de opname was ze nog niet van alles verlost. “Je stapt er niet buiten als een genezen persoon”, zegt Ilana. Ze is nog steeds in therapie bij een psychiater, een psycholoog en een diëtiste. 

Herstellen in cijfers

Cijfers over het herstel van eetstoornissen zijn vaak heel uiteenlopend. Heel veel hangt af van welk onderzoek je raadpleegt, want onderzoekers werken vaak met verschillende criteria, onderzoeksgroepen en definities van herstel. Het is niet altijd duidelijk wanneer je nu volledig hersteld bent. Toch verwijzen onderzoekers, auteurs en co. vaak naar het onderzoek van Steinhausen. “Steinhausen keek enkel naar de criteria die betrekking hebben op het verstoord eetgedrag en de lichamelijke gevolgen van herstel en niet naar de psychische, emotionele en sociale componenten van herstel”, zegt Eetexpert. Bekijk hieronder de cijfers over herstellen van anorexia en boulimia. 

Deze cijfers houden enkel rekening met de fysieke kant van het herstel, niet met de emotionele. Dat betekent dat het in realiteit dus nog moeilijker is om volledig te herstellen, fysiek en mentaal.

Inbreng van een expert

Jozefien Wijnants is assistent psychiater in opleiding. Ze staat momenteel op de afdeling eetstoornissen in de polikliniek in het UZ Gent. Ze vertelt over de nazorg van een opname voor eetstoornissen. 

Een van de belangrijkste aspecten is dat patiënten meer naar huis gaan naar het einde van hun opname toe. Tijdens de periodes waarin de patiënten weer in hun thuisomgeving zijn, oefenen ze de vaardigheden in die ze leerden in het ziekenhuis. “Ook de opvolging van de patiënten blijft van belang,” zegt assistent psychiater Wijnants. Het team van artsen blijft hen nog enkele jaren maandelijks opvolgen. 

Ook het therapeutische aspect van de nazorg is essentieel. Hiervoor wordt een psycholoog en een diëtiste ingeschakeld. Jozefien vertelt dat het eveneens belangrijk is dat al deze hulpverleners goed samenwerken. Zo kunnen ze de toestand van patiënten beter opvolgen.

Een opname, daarmee is een eetstoornis nog niet opgelost. Een herstel is een proces van jaren. – Jozefien Wijnants

Wat heb je onthouden?

Loading…

Einde in zicht?

Bij een eetstoornis komt dus veel meer kijken dan "gewoon eten". Vaak valt de ziekte niet alleen op te lossen en is een opname nodig. Daar staat een heel team van artsen voor ze klaar. Een psycholoog, een diëtiste en een psychiater werken samen om de patiënten op de goede weg te zetten.

Tijdens de opname ligt de focus eerst op het fysiek in orde brengen van het lichaam. Daarna focussen de artsen pas op de mentale gezondheid. Na de opname volgen de artsen de patiënten nog maandelijks op voor enkele jaren. Gemiddeld 23% van de mensen die voor anorexia of boulimia worden opgenomen, hervalt. Daarom is die hulp hard nodig. Die periode na de opname is minstens even belangrijk als de opname zelf. Thuis oefenen de patiënten om alles wat ze in therapie hebben geleerd zelf toe te passen. Vaak is het moeilijk om het vertrouwen thuis terug te winnen en om niet opnieuw in slechte eetpatronen te vallen. Na een opname is het einde dus nog niet in zicht, maar langzaamaan valt alles weer op zijn plek.

Het zwarte gat na de opname kan opgevuld worden door opnieuw de draad van voor de eetstoornis op te pikken. Ze kunnen weer naar school gaan en leren de controle beetje bij beetje loslaten. Zo krijgen ze langzaamaan hun oude leven terug, maar dat is een proces van jaren.

De auteur

Eefje Geleyn

Profiel E-mail

Studente journalistiek aan de Arteveldehogeschool